CALVIJN OVER HET GEBED
In de Middeleeuwen heeft de Kerk een slechte reputatie verworden. De zucht naar geld, roem en macht bij priesters ontwikkelde tot een grootheidswaanzin waardoor de puurheid van een oprecht geloof in het gedrang kwam. Er groeide langzaam maar zeker een krachtige reactie vanuit de geloofsgemeenschap. De reformatie is een zoektocht, weg van het kerkelijk formalisme en de liturgische verstarring, naar het persoonlijk gebed. Weg van de mystieke vlucht wordt het gebed terug in Bijbelse banen geleid. Calvijn beschouwt het gebed als de belangrijkste beoefening van het geloof. Het gelovig gebed is de hand die Gods Woord ontvangt. Dan komen verhoring, gebed en geloof samen.
In een verhelderend artikel in het Reformatorisch Dagblad wordt de visie van Calvijn op het gebed door ds. De Reuver belicht vanuit vier facetten: we bidden ootmoedig, vrijmoedig, lankmoedig en grootmoedig.
Woordverklaring:
ootmoedig: gehoorzaam, ontvankelijk
vrijmoedig: openhartig, onbevangen
lankmoedig: geduldig met zichzelf en de ander
grootmoedig: groothartig, genereus